Armoede en sociale uitsluiting, heel weinig Nederlandse ouderen hebben daar mee te maken. Vergeleken met leeftijdgenoten in andere Europese landen staan ze er prima voor, laten cijfers zien van Eurostat, het Europees bureau voor de statistiek. De meesten hebben een redelijk inkomen, een kleurentelevisie en een wasmachine. Ze hebben regelmatig een stukje vlees, vis of vegaburger op hun bord, kunnen op vakantie en hun huis verwarmen.

Slechts 6,9 procent van de Nederlandse 65-plussers hebben kans op een armoedig bestaan aan de rand van de samenleving. In België (21,6 procent) en Duitsland (15,3 procent) zijn aanzienlijk meer kwetsbare ouderen te vinden. Oost-Europa kent grote uitschieters. Bijna één op de drie Griekse ouderen heeft het relatief zwaar.

“Wat de Nederlanders enorm helpt, is de AOW”, zegt Daniel van Vuuren van het Centraal Planbureau. “Hebben sommige eenoudergezinnen te weinig geld om rond te komen, ouderen hebben dankzij de AOW een goed basisinkomen.” Nederlanders zijn bovendien gewend te sparen. “Werknemers worden er zelfs toe gedwongen, ze zijn verplicht mee te doen aan het bedrijfspensioen.” Ondanks kortingen en het niet-indexeren van pensioenen geeft dat de Nederlandse ouderen een sterke positie, benadrukt Van Vuuren.

Lees verder