Eindelijk, nog net op tijd, heeft Alice Munro de Nobelprijs voor Literatuur gekregen. Ze is tenslotte al 82 en kennelijk zo broos dat ze dit jaar aangekondigde geen boeken meer te zullen uitbrengen. Het zou eeuwig zonde zij als ze deze prijs der prijzen niet zou winnen, al was het maar omdat ze één genre als geen ander beheerst. Al sinds haar debuut uit 1968, 'Dance of the Happy Shades, staat Munro bekend als meester van het korte verhaal.
Die reputatie groeide met elke bundel die zij uitbracht, waaronder ‘Open secrets’ (1994), Runaway (2004) en Too much Happiness (2009), onlangs vertaald als ‘Te veel geluk’. Er zijn maar weinig schrijvers die in zulk kort bestek een heel leven weten op te roepen, met alle hoop, verwachting, teleurstelling, tragiek en levensdrift die daarbij horen.
Toch is Munro hier lang niet zo'n ‘naam’ als Phillip Roth of Jonathan Franzen, die haar overigens zeer bewondert. Dat zij tot vandaag nooit zo beroemd werd als haar bewonderaars, kan er mee te maken hebben dat ze vaak schrijft over vrouwen, heel gewone vrouwen. Of met het feit dat ze zelf een bejaarde dame is - enig seksisme lijkt hier wel een rol te spelen. Bovendien zijn korte verhalen bij het grote publiek nog altijd minder in trek dan romans.
Lees verder op http://www.trouw.nl/tr/nl/4512/Cultuur/article/detail/3524927/2013/10/10/De-literaire-Vermeer-Alice-Munro-wint-Nobelprijs.dhtml